Ontwikkelingsdeel
Mijn vorige baan was een dienstverlenend beroep bij de gemeente Amsterdam. Ik stond achter het loket en was de hele dag in contact van met klanten, die met een onderpand geld kwamen lenen. Tijdens deze 14 jaar heb ik heel wat ervaring opgedaan over communicatie. Hoe het wel moet, via trainingen, maar ook zeker hoe het niet moet.
Ik merkte dat ik deze ervaring zeer veelvuldig heb kunnen inzetten in de communicatie van cliënten, tijdens al mijn stages in de zorg.
Tijdens mijn eerste stage merkte ik al snel dat communicatie ook in de zorg een heel belangrijk middel is en waar ik ook nog zeker in getraind moest worden. Met name het vragen van open vragen en geen gesloten. Ook het samenvatten en reflecteren moest ik echt leren in de praktijk.
Communicatie kwam op veel verschillende soorten gebieden voor. Bijvoorbeeld een depressieve oudere dame toch het bed uit laten gaan, om zich te wassen en aan te kleden. Of ouderen motiveren mee te gaan wandelen of een andere activiteit te doen.
De belangrijke gesprekken die gevoerd moesten worden met bijvoorbeeld arts of psychiater, werden altijd door hen gevoerd. Dit was ook zo tijdens mijn tweede stage. Ik, als verpleegkundige, zat erbij als ondersteuning voor de cliënt en kon/mocht wat toelichten als daarom gevraagd werd.
Mijn stage in de ambulante sector werd er veel meer van mij verwacht, wat communicatief betreft. Hier is het niet vanzelfsprekend dat arts of psychiater het woord doen tijdens een gesprek. Dit geldt ook voor het intakegesprek of voor een ZAG-gesprek.
Tevens bestaat een ruime meerderheid van de behandeling uit het voeren van gesprekken. Met ondersteuning van mijn collega’s en school leer ik beter/effectiever communiceren met de cliënt.
Buiten het communiceren met cliënten heb ik ook moeten leren meer te communiceren met mijn collega’s. Het samen begeleiden van een cliënt vraagt om heldere communicatie tussen de begeleiders, om zo hiaten in de zorg te voorkomen.
Tijdens mijn 2 stages in de kliniek werkte in een team, waar overleg over de zorg anders verloopt. Omdat er meerdere verpleegkundige per dag bij de cliënt betrokken zijn is er meer controle en wordt er sneller overlegd als er iets verkeerd gaat.
Ambulante zorgt vraagt van mij een andere soort communicatie. Ik werk zelfstandig en de cliënt wordt niet dagelijks door meerdere hulpverleners geobserveerd. Ik moet effectief en adequaat communiceren met mijn collega’s. Dit gebeurd door elke ochtend ochtendoverleg, waar de cliënten op het bord besproken worden.
Bij twijfels over de behandeling wordt er van mij verwacht dat ik dit bespreekbaar maak ik het teamoverleg.
Ik leer sneller/makkelijker dingen bespreekbaar te maken.
Door bewijzen aan te leveren bij de onderstaande indicatoren, laat ik zien dat ik deze competentie heb behaald.